Beeldende kunst is voor Mynke Buskens een middel om met haar persoonlijke geschiedenis – het verleden zowel als het heden – te verkeren.
Haar werk heeft te maken met de behoefte om ervaringen die in haar bewustzijn een sluimerend bestaan leiden, te reconstrueren, maar ook met wat haar in het heden bezighoudt vorm te gaven.
Met haar handen en vingers, met wissers en vooral met vlakgum, dat voor een opvallende lichtintensiteit zorgt, grijpt zij letterlijk in in het materiaal en wordt het grafiet tot voorstelling gemanipuleerd. Zij werkt als het ware met haar hele lichaam om de betekenis die een bepaalde locatie voor haar heeft (gehad) tot uitdrukking te brengen. Zij confronteert de kijker met haar vertaling van het gegeven. De beelden lijken filmstills te zijn, fragmenten uit een voorstelling, stopgezette momenten vol beweging maar zonder rumoer.
Maureen Trappeniers